Zonder een in de eerder aanbestede overeenkomst (overheidsopdracht)
opgenomen verlengingsmogelijkheid, zal een ‘verlenging’ van die overeenkomst, in
beginsel een nieuwe overeenkomst (overheidsopdracht) betekenen. Met zo mogelijk
een (nieuwe) aanbestedingsplicht.
Artikel 2.15 lid 2 Aanbestedingswet 2012 luidt (ook) niet voor niks:
“De aanbestedende
dienst baseert de berekening van de geraamde waarde van een overheidsopdracht
op het totale bedrag, exclusief omzetbelasting, met inbegrip van opties en
verlengingen van het contract zoals uitdrukkelijk vermeld in de
aanbestedingsstukken.”
Strikt genomen zou een verlenging ‘van
het contract zoals uitdrukkelijk vermeld in de aanbestedingsstukken’ geen
wijziging kunnen en mogen inhouden van hetgeen in de aanbestedingsstukken
omtrent de (inhoud van de) overeenkomst tussen opdrachtgever en opdrachtnemer
is vastgelegd.
Anders gaat het om ‘verlengen en wijzigen’ van het contract. En (dus)
niet om ‘verlengen’ (sec).
Aanbestedingsrechtelijk is het echter in beginsel wel mogelijk om te
‘verlengen en wijzigen’. Men moet alsdan bij een overeenkomst met een daarin opgenomen
verlengingsmogelijkheid binnen de kaders / grenzen van Hoofdstuk 2.5 (Wijziging
van overheidsopdrachten, artikelen 2.163a t/m 2.163g) Aanbestedingswet 2012
blijven.
Kan een eerder aanbestede overeenkomst zonder verlengingsmogelijkheid tijdens
de looptijd binnen vorenbedoeld kader worden gewijzigd, in de zin dat (alsnog)
een verlenging (-smogelijkheid) tussen betrokken partijen wordt overeengekomen (opgenomen)?
Ik denk het niet. Ik denk, dat zo’n wijziging een ‘verandering in de
algemene aard van de opdracht meebrengt’. En/of dat de overheidsopdracht alsdan
(daardoor) ‘materieel verschilt van de oorspronkelijke opdracht’. En daarmee
‘wezenlijk’ is.
Terzijde:
Geen opmerkingen:
Een reactie posten